Posts about digitale media

Performance Engine and Hypermap

mei 23rd, 2011

This week I’ll be at Psi#17 working on two shifts. This years conference focusses on Camillo 2.0: Technology, Memory, Experience. “It combines science, scholarly pursuit and art in an exciting five-day programme of lectures, presentations of current research (both theoretical and practical), performances, debates, workshops, as well as so-called ‘shifts’ (hybrid programme components introduced by participants or initiated by the organisers which pave the way to unconventional types of presentations)”. The two shifts I’m working on are Performance Engine by Joris Weijdom of the Utrecht School of the Arts (HKU) and Hypermap by Danslab and BIT.

The Performance Engine will be presented in Studio T on Friday 27th from 7 pm till 9 pm. We will focus on the possibilities of the Performance Engine as a technological memory machine. The Performance Engine (developed by Joris Weijdom and his team) is a system of hard- and software that enables theatre practitioners to improvise with interactive digital media. In several laboratory settings (LAB’S) practitioners have experimented with this setup and used the experience in their work. Currently, Weijdom’s research group at the Utrecht School for the Arts is working on the next phase of implementing so-called Mixed Reality techniques into the context of theatre and performance.
By Joris Weijdom in collaboration with Jochem Naafs, Ferdy Guliker and Roderick Gadellaa.

For more information download the program on psi17.org (.pdf) and visit the website of the research group: augmentedstage.com.

From Wednesday 25th till Saturday 28th Danslab and BIT will work on Hypermap, a research in which they will try and remember, combine and forget the (exchange of) (embodied) knowledge during the conference. We will use the concept of Ola Maciejewska’s performance unforgettable existents to absorb, document, exchange and archive this knowledge. Last Sunday we had a try-out at Theater Zeebelt in The Hague during a conference on the future of graphic design and from Wednesday onwards we will pop-up at various location in the city of Utrecht. In CBKU we will build an archive of the memories and experiences of the conference.
By Diane Elshout, Bruno Listopad, Giulia Mureddu, Ola Maciejewska, Jochem Naafs, Jette Schneider and Eric Schrijver.

For more information download the program on psi17.org (.pdf) and visit the website: hypermap.bit-dansdramaturgie.nl.

Doing Diderot

april 13th, 2011

Doing Diderot: new visions on making in the arts
Op 20 april 2011 vindt in Arnhem de jaarlijkse LOK (Landelijk Overleg Kunstlectoraten) conferentie plaats. Dit jaar staat het symposium in het teken van het ‘maken’ in de kunsten en gaat over ambacht, vakmanschap en onderzoek. Doing Diderot: New views on making in the arts is een symposium over de hernieuwde belangstelling voor het maken in de kunsten. Centrale gast is de gelauwerde Amerikaanse socioloog Richard Sennett (VS 1943). De theorie die hij beschrijft in het boek De ambachtsman. De mens als maker (2008), vormt het uitgangspunt van de dag.

Ik assisteer Joris Weijdom die dag in zijn performance lecture over de rol van technologie in het creatieve proces. Voor meer informatie over het symposium: Doing Diderot. Voor meer informatie over de Performance Engine en het onderzoek van Joris Weijdom: Augmented Stage.

Technologie en theater – Performance Lecture over flexibele technologie in het creatieve maakproces en de potentie van Mixed Reality.
Aanbieder: Joris Weijdom, hoofd onderzoeksgroep Virtueel Theater, namens het Lectoraat Theatrale Maakprocessen. Met medewerking van Jochem Naafs, Ferdy Guliker en Roderick Gadellaa.

Kun je met technologie improviseren op de vloer in een theatermaakproces? Hoe moet je zoiets doen? En wat levert dat dan op?
Het gebruik van technologie in het theater is zo oud als het theater zelf. Hedendaagse technologische ontwikkelingen gaan echter zo snel dat theatermakers niet alle innovaties kunnen bijhouden en integreren. In een theatermaakproces waar improvisatie en maken op de vloer een rol speelt lijkt complexe technologie vaak een belemmering voor de creatieve flow van het moment. Zowel technologie als de maker moeten zich aanpassen om samen te kunnen werken.
Deze theatrale lezing geeft een kort overzicht van het onderzoek dat is gedaan door de onderzoeksgroep Virtueel theater in de afgelopen 4 jaar. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de Performance Engine, een door de onderzoeksgroep ontwikkelt prototype van een interactief systeem die improvisatie mogelijk maakt met digitale media. Doordat de interface, een soort intermediair tussen de gebruiker en het systeem, zo is ontworpen dat onmiddellijk aanpassingen kunnen worden gemaakt, kunnen makers keuzes op de vloer uitproberen en de consequenties ervan ervaren en interpreteren. Diverse makers gingen in diverse zogenaamde LABs met dit systeem op uiteenlopende manieren en momenten in hun maakproces op zoek naar de potentiële meerwaarde van digitale media in hun werk. De lezing zal deze praktijk gebaseerde onderzoeken in een breder kader presenteren en het systeem live demonstreren om een beknopt ervaarbare indruk te kunnen geven aan het publiek.

Theatrale maakprocessen, Hogeschool voor de Kunsten Utrecht
Lector Nirav Christophe

weet het (nog) niet

november 11th, 2010

weet het (nog) niet
Over relaties in het transdisciplinaire maakproces

Hoe maak je een theatervoorstelling? Wie en wat is er allemaal betrokken bij een maakproces? Wat is er nodig om tot een voorstelling te komen? Op welke manier werken mensen samen in een maakproces? Er zijn verschillende redenen dat ik deze vragen begon te stellen. Er zijn ook verschillende redenen te noemen waarom deze vragen interessant en relevant zijn voor theatermakers, theaterwetenschappers, dramaturgen, technici, studenten en kunstenaars uit andere disciplines. Ik wil graag mijn fascinatie voor het maakproces delen.

Het boek kwam tot stand in het kader van het SIA/RAAK-project Arts-professionals in transdisciplinaire kunstprojecten en is te bestellen via het Lectoraat Theatrale Maakprocessen.

In dit cahier richt ik mij niet op theater als één discipline. Kenmerkend voor theater is juist dat er verschillende disciplines samen moeten werken om tot een voorstelling te kunnen komen: licht, geluid, acteren, regisseren, schrijven, video, games, beeldende kunst, vormgeving, wetenschap, filosofie en communicatie kunnen als ‘disciplines’ worden gebruikt in het maakproces van theater. Desondanks heb ik wel gekozen om te spreken van theatrale maakprocessen. Deze term benadrukt dat er in het maakproces gewerkt wordt aan een kunstwerk dat live wordt opgevoerd. De vraagstelling waar ik mij op richt is de volgende:

Op welke manier kan een heterogeen relationeel perspectief bijdragen aan het begrip van hedendaagse theatrale maakprocessen?

Om deze vraag te beantwoorden vergelijk ik verschillende maak- en analysemethoden om vervolgens in te gaan op Actor-netwerk theorie als filosofie en methode.

  • ANT als filosofie verschaft een beeld van de wereld gebaseerd op verandering en relaties. In dit wereldbeeld zijn menselijke en niet-menselijke actoren niet per definitie verschillend. Iedere actor is slechts een actor in relatie tot andere actoren. Deze relaties én de actoren zelf zijn altijd aan verandering onderhevig. Iedere actor is bovendien ook een netwerk, vandaar het begrip ‘actor-netwerk’. Een actor is een tijdelijke punctualisering van een netwerk in de ogen van een beschouwer als gevolg van succesvolle translatie door alle actoren in het actor-netwerk.
  • ANT als methode is een sociologische werkwijze om processen te bestuderen. Het richt zich op de wijze waarop kennis (of een product) tot stand komt. Daarbij worden zowel mensen als niet-mensen als actoren beschouwd. De methode gaat uit van een heterogeen netwerk van actoren en onderzoekt de wijze waarop deze actoren relaties aangaan, onderhouden en verbreken met betrekking tot een probleem.1 De onderzoeker maakt daarbij zelf deel uit van het netwerk.

Door vervolgens ANT als analysemethode te gebruiken om transdisciplinaire maakprocessen te analyseren probeer ik inzicht te geven in het maakproces van The Respons(e)ible Project van Joris Weijdom, Bas Haas en Arnaud Loonstra. In het laatste hoofdstuk geef ik een voorzet voor hoe ANT in het maakprocese actief zou kunnen worden ingezet.


1. Latour benadrukt in een dialoog met een student dat ANT niet als methode gebruikt kan en zou moeten worden, doch eerder als een gids. Het wijst de onderzoeker op de relatie tussen de onderzoeker en het onderzochte (2005: 156). Ik gebruik het begrip methode in een bredere zin om het te onderscheiden van ANT als filosofie. Methode is hier te begrijpen als een poging tot toepassen, een methode in wording.

Derde brief aan Joris

oktober 28th, 2009

Mijn derde brief aan Joris Weijdom: brief_aan_joris_03. In deze brief ga ik in op zijn onderzoeksvragen en -doelen en op de presentaties van de Performance Engine die hij heeft ontwikkeld met een groep studenten. Wil je meer weten over deze Performance Engine kom dan naar de presentatie tijdens Niemandsland in de Centraal Museum Studio op 7 november om 13.30. Zie Talltreelabs voor meer info.

Derde brief van Joris

mei 18th, 2009

Naar aanleiding van mijn vorige brief van 14 april 2009 kreeg ik 18 mei deze videoboodschap van Joris Weijdom. In de bijgevoegde .pdf zijn zijn opmerkingen bij mijn brief te vinden die hij in de video toelicht.

Brief aan Joris met aantekeningen

onderzoeksdialoog

april 21st, 2009

In maart 2009 zijn Joris Weijdom en ik een dialoog gestart over onze onderzoeken. Joris Weijdom is hoofd van de onderzoeksgroep Virtueel Theater aan de HKU en een van de onderzoekers van het Lectoraat Theatrale Maakprocessen. Verder is hij werkzaam als docent aan de opleiding Design for Virtual Theatre and Games. Het onderzoekvan de onderzoeksgroep Virtueel Theater richt zich op twee vragen namelijk:

1. Wat is de invloed van interactieve technologie op de repetitiefase van een theatraal maakproces?
2. Welke eigenschappen zijn belangrijk in het ontwerp van de interface van de interactieve technologie die wordt ingezet in een repetitiefase?

Voor meer informatie over zijn onderzoek bezoek talltreelabs.org.

Deze correspondentie heeft mij geholpen in de laatste fase van mijn afstudeeronderzoek en op dit moment leg ik de laatste hand aan mijn scriptie theaterwetenschap. Na afrondingen van mijn scriptie zal ik dit onderzoek voortzetten en mijn analysemethode toepassen op enkele maakprocessen in 2009 en 2010.

Door middel van videoboodschappen van zijn kant en brieven van mijn kant Middels hopen weinzicht te krijgen in de kennis van de ander met betrekking tot transdisciplinaire maakprocessen en in het bijzonder het gebruik van interactieve digitale technologie in het maakproces (repetitieproces) van theater. Trefwoorden: ANT (actornetwerk theorie), objectgeoriënteerd denken, theater, technologie, transdiscipline, maakproces, VUE.

Deze correspondentie is te volgen: onderzoeksdialoog

Tweede brief aan Joris

april 14th, 2009

Mijn tweede brief aan Joris is hier te lezen als pdf: Brief aan Joris02

Deze brief maakt onderdeel uit van een onderzoeksdialoog tussen Joris Weijdom en Jochem Naafs.

Tweede brief van Joris

maart 9th, 2009

De tweede brief van Joris Weijdom:

Het bijbehorende pdf document is hier te downloaden.

Deze brief maakt onderdeel uit van een onderzoeksdialoog tussen Joris Weijdom en Jochem Naafs.

Eerste brief aan Joris

maart 5th, 2009

Mijn eerste brief aan Joris Weijdom in reactie op zijn videobrief is hier te lezen als pdf.

Eerste brief van Joris

februari 16th, 2009

Dit is de eerste brief in een lopende correspondentie tussen Joris Weijdom en Jochem Naafs. Klik hier voor een overzicht van deze correspondentie.