Utrecht, maandag 4 april, 15.30

april 4th, 2011

Op zoek naar de gewonnen tijd

Mijn 365e halfvier. Een jaar lang heb ik elke dag om halfvier nagedacht, even stil gestaan. Naar aanleiding van Alain De Botons boek How Proust can save your life heb ik elke dag op hetzelfde tijdstip nagedacht over wat ik zou doen in mijn laatste uren. Ik schreef op 8 april 2010:

“Soms zal ik denken over wat ik daadwerkelijk op dat moment wil doen, soms zal ik beschrijven wat ik op dat moment blijf doen, soms waarvan ik droom en altijd zal ik, geïnspireerd door Prousts antwoord op deze oproep, nadenken over alle mooie dingen die ik sowieso zou kunnen doen, ook als dit bericht niet in de krant zou staan”.

Wat weet ik nu echt van Marcel Proust? Eigenlijk niet veel meer dan een jaar geleden. Ik heb De Bottons boek uitgelezen, hoewel ik daar nog erg lang over gedaan heb. Ik heb verhalen gehoord over de Proust cyclus van het Ro Theater. Ik ken het verhaal van de Madaleine, of in ieder geval denk ik dat ik het ken. Eigenlijk ging dit project ook niet over Proust. Toch ben ik vandaag weer bij Proust terecht gekomen. Mijn jaarlange halfvier lijkt, als ik nu terugkijk, nog het meest op een zoektocht naar de tijd. Niet naar de verloren tijd van Marcel, maar eerder naar de tijd die te winnen is: “Op zoek naar de gewonnen tijd – geen Proust”.

Het blijkt dat ik vaak niet veel verder kijk dan het moment zelf. Wat ben ik aan het doen? Wil ik dat doen? Ja, dan wil ik dat doen. Nee, dan wil ik misschien iets anders doen in dit laatste uur. Misschien is het een goed teken en doe ik blijkbaar wat ik wil doen, geniet ik genoeg van mijn bezigheden in werk en vrije tijd. Aan de andere kant kun je je afvragen of al die 265 schrijfsels wel echt representatief zouden zijn voor wat ik echt wil als mij, met de rest van de wereld, nog maar enkele uren rest.

Ongeveer 9 jaar geleden sliep ik in een hostel in Londen. Ik had een bed verschoven dat daardoor voor de deur kwam te staan. Tijdens één nacht ging rond 1.00 het brandalarm af. De bel in de kamer rinkelde en rinkelde en ik zat verstijfd rechtop in bed. Niks kon ik. Ondertussen werd ik gemaand actie te ondernemen: “verschuif het bed!”. Niks kon ik. Pas enkele seconden – of waren het minuten? – later stonden we op de gang. De gang waar niks aan de hand leek, waar het alarm nog steeds rinkelde, waar verder geen enkel teken van paniek was. De muziek van de discotheek in het hostel speelde nog, de mensen dansten. Loos alarm, maar als dat niet zo was geweest? Ik stond in mijn pyjama op de gang en voelde me betrapt.

Wat ben ik waard in een gevaarlijke, onverwachte situatie? Wat ben ik waard als de wereld vergaat? Kan ik dan nog wel echt genieten? De vraag is natuurlijk of de werkelijke situatie relevant is voor dit project. Nadenken over een eventuele apocalyps, of beter gezegd de tijd tussen de aankondiging van de ramp en de daadwerkelijke ramp zelf gaat eigenlijk niet over de paniek, de verwoesting, de angst. Het gaat voor mij over leven alsof het de laatste dag is, genieten van het moment. Vandaag en niet morgen leven. Halfvier ‘s middags is het moment dat ik leef en ik me realiseer dat ik leef.

Halfvier is een zoektocht geweest naar de gewonnen tijd. Niet alleen door opnieuw na te denken over de tijd waarop je leeft en de tijd die je nog rest, maar ook door het medium dat ik ben gaan gebruiken. Door halfvier online te plaatsen met wordpress kon ik de tijd manipuleren en dat heb ik gedaan. Als ik om halfvier geen computer bij de hand had heb ik kort nagedacht over halfvier, of een snelle aantekening gemaakt. Uren, soms dagen later kwam dit toch nog ‘op tijd’ online. WordPress geeft je de mogelijkheid om berichten in het verleden én de toekomst te schrijven. Ik ben eigenlijk op 5 april om 0.30 begonnen aan deze tekst. Nu om 17.30 schrijf ik alweer. Maar als ik straks op Publiceren klik, beweert mijn website glashard dat dit om 15.30 is gepubliceerd.

Halfvier is net zoveel een leugen als de waarheid. Het is subjectief en als ik er zelf in wil geloven is het waar. Ik heb elke dag gedacht, geschreven, gelezen. Ik heb elke dag geleefd om halfvier. Ik heb elke dag precies om 15.30 mijn bericht gepubliceerd.

“An American scientist announces that the world will end, or at least that a huge part of the continent will be destroyed, and in such a sudden way, that death will be the certain fate of millions of people. If this prediction were confirmed, what do you think would be its effect on people between the time when they acquired the aforementioned certainty and the moment of cataclysm? Finally, as far as you’re concerned, what would you do in this last hour?”(L’Intransigeant, zomer 1922)

Leave a comment